Ludolph van Ceulen (1540-1610)


(Deze biografie verschijnt ook op de website van het Biografisch Woordenboek van Nederlandse Wiskundigen)

Voortgekomen uit de rekenmeestertraditie wist Van Ceulen zich door oprechtheid, rekenvermogen en wiskundig inzicht het respect te verwerven van regenten en geleerden. Schijnbaar moeiteloos kon hij oplossingen berekenen van polynomen van hoge graad, maar hij is vooral beroemd geworden om zijn berekening van 35 decimalen van “het Ludolfse getal”, zoals men nadien π wel noemde.

VAN CEULEN, Ludolph (ook: Ludolf, Ludolff Van Collen, Van Colen) Hildesheim, Niedersachsen (D) 28 januari 1540 - Leiden 31 december 1610. Zoon van Gert von Collen, koopman, en Hester de Roode. Twee keer getrouwd: uit het eerste huwelijk met Mariken Jansen werden 5 kinderen geboren; na haar dood getrouwd met Adriana Symons (weduwe van rekenmeester Bartolomeus Cloot) die 8 kinderen had.

Ludolph van Ceulen trok vanuit Hildesheim naar Antwerpen, waar hij enige tijd met zijn broers verbleef. Daar leerde hij de rekenkunst van Jan Pauwels. Omstreeks 1562 vestigde hij zich in Delft, waar hij spoedig naam maakte als scherm- en rekenmeester. Vanaf 1580 gaf hij les in de kapel van wat nu het Prinsenhof heet.

Midden jaren '80 raakte Van Ceulen betrokken bij enkele twisten: op verzoek van Adriaan Anthonisz. weerlegde hij een valse cirkelkwadratuur van Simon Vander Eycke, en samen met Nicolaas Petri wees hij de Haarlemse rekenmeester Willem Goudaen terecht. Ook ging hij in op diverse kwesties over landmeten en renteberekening die onder rekenmeesters leefden.

In 1594 verhuisden de Van Ceulens naar Leiden. De scherm- en rekenlessen vonden er onderdak in de Faliebagijnkerk, die ook in gebruik was als snijzaal en bibliotheek van de Leidse universiteit.

In 1596 verscheen zijn boek Vanden Circkel, dat de neerslag bevatte van zo'n tien jaar onderzoek aan cirkels en ingeschreven veelhoeken, deels geïnspireerd door de kwestie met Vander Eycke en deels door problemen die de Vlaams-Duitse hoogleraar Adriaan van Roomen hem voorlegde. Ook weerlegde Van Ceulen in het boek een cirkelkwadratuur van de Leidse geleerde Josephus Justus Scaliger. Verder behandelde hij landmeetproblemen en interestrekening. Het boek bevat een collectie van zo'n 100 opgaven waarvan Laurens Praalder in de jaren 1770 de uitwerkingen publiceerde.

In 1600 ontstond de “Duitsche Mathematique”, een opleiding in de landstaal bedoeld om landmeters en fortenbouwers op te leiden ten behoeve van het leger van Maurits van Oranje. Deze opleiding, waar Maurits en Simon Stevin de plannen voor hadden gemaakt, werd ondergebracht bij de Leidse universiteit. Op voordracht van Maurits werden Van Ceulen en Symon Fransz. van Merwen aangesteld als de docenten (later kregen zij de titel van professor).

Nadat Van Ceulen overleed heeft zijn weduwe een nagelaten manuscript De arithmetische en geometrische fondamenten laten uitgeven. Het boek bevat elementaire reken- en meetkunde maar ook een verzameling fascinerende meetkundeconstructies en -problemen. Zo gaf Van Ceulen als eerste een meetkundige methode om bij twee gegeven lijnstukken een derde te construeren waarvan de lengte gelijk is aan het product van de eerste twee. Willebrord Snellius, die een deel van zijn wiskundige training bij Van Ceulen had gekregen, vertaalde een deel van Vanden Circkel in het Latijn, en ook de volledige Fondamenten.

Van Ceulen is begraven in de Pieterskerk in Leiden. Naar zijn wens werd een grafsteen geplaatst met daarop de 35 decimalen van π die hij berekend had. De steen is verdwenen maar inmiddels herinnert een nieuw gedenkteken aan hem.

Opvallend aan het leven en werken van Van Ceulen zijn zijn tomeloze rekenlust, zijn eenvoudige en directe schrijfstijl waarmee hij steeds opnieuw misvattingen aan de kaak stelde, en de waardering die hij verwierf blijkens zijn aanstelling aan de Duytsche Mathematique.

Literatuur


F. Katscher, Einige Entdeckungen über die Geschichte der Zahl Pi sowie Leben und Werk von Christoffer Dybvad und Ludolph van Ceulen, Wien 1979: österreichische Akademie der Wissenschaften, Mathematisch-Naturwissenschaftliche Klasse, Denkschriften, 116. Band, 7. Abhandlung.
(Veel eerdere artikelen, zoals van Bierens de Haan, Vorsterman van Oyen, of Struik, zijn niet zo betrouwbaar).

Auteurs

Margot Rijnierse
Steven Wepster

Copyright © 2009 Bart Post Alle rechten voorbehouden. Laatste update: 22/Jan/2010 12:57