Theoretische toets Analyse van Bereidingen 6 april 2001
Raadpleeg ook de uitwerking van dit tentamen.
Beantwoord de onderstaande vragen en licht de antwoorden toe, ook wanneer dat niet expliciet gevraagd wordt. Voor ieder van de 14 deelvragen kunnen 10 van de 140 punten behaald worden.
Vraag 1:
Een analytisch controlelaboratorium onderzoekt ampullen met 100 mg hydrocortisonnatrium-succinaat die bereid zijn in een tiental ziekenhuizen. Als eerste stap van het onderzoek wordt per ziekenhuis 1 ampul geanalyseerd. Voor deze analyses wordt gebruik gemaakt van het analysevoorschrift voor de gehaltebepaling uit de Britisch Pharmacopoeia 2001 (zie bijlage). Ter controle wordt vervolgens in de voor de UV-bepaling bereide oplossing nogmaals het gehalte bepaald met het HPLC-systeem dat onder Related Substances beschreven is. De gevonden gehalten staan weergegeven in de onderstaande tabel.
ziekenhuis
Extinctiemeting
HPLC bepaling
1
96,4
95,9
2
100,5
101,1
3
92,1
85,3
4
94,6
89,8
5
99,4
99,0
6
104,3
101.0
7
105,7
98,5
8
98,9
95,5
9
99,6
75,4
10
100,7
94,9
a. Dit preparaat wordt bereid door na neutralisatie de verkregen oplossing aan een vriesdroogbehandeling te onderwerpen. Waarom zou sterilisatie van de oplossing in een autoclaaf bij 120o niet in aanmerking komen ?
b. De negende waarde uit de tweede kolom wijkt op het eerste gezicht sterk af van de overige waarden in deze kolom. Geef aan wat de uitkomst van de Q-test is en welke consequenties u hieraan zou mogen verbinden.
c. Ga na of er statistisch significante verschillen (p=0,05) optreden tussen de met de beide analysemethoden gevonden gehalten.
d. Is het mogelijk op grond van deze uitkomsten een uitspraak te doen of de ampullen voldoen aan de eisen die aan de gelijkmatigheid van gehalte gesteld worden ?
e. Geef aan welke van de beide analysemethoden de voorkeur verdient voor een gehaltebepaling.
Vraag 2:
Op verzoek van een internist bereidt een apotheker voor een terminale patiënt een pijnstiller die bestaat uit capsules met de volgende samenstellingdextropropoxyphene hydrochloride 25 mg
acetylsalicylzuur 250 mg
microcristallijne cellulose qs
De internist is ontevreden over het therapeutisch effect en vraagt u om een analyse van het preparaat.
a. Geef aan hoe u de dextropropoxyfeen zou isoleren om het infraroodspectrum van de base op te nemen.
b. Geef aan hoe u het acetylsalicylzuur zou isoleren om er een infraroodspectrum van op te nemen.
c. Op welke wijze zou u met behulp van een spectrofotometer kunnen vaststellen of er sprake is van ontleding van het acetylsalicylzuur onder vorming van salicylzuur ?
Geef aan in hoeverre de onderstaande loopmiddelen bruikbaar zijn om dit preparaat met behulp van HPLC op met octadecylgroepen gemodificeerd silicagel te onderzoeken. Geef aan wat het effect van de pH van deze loopmiddelen op het chromatografisch gedrag van de stoffen is en in welke vorm de stoffen retentie ondervinden.
d. methanol - water,
e. methanol - water met een toevoeging van 0,01 M perchloorzuur,
f. methanol - water met een toevoeging van een fosfaat buffer met pH 7,0.
Vraag 3:
Een apotheker heeft een injectievloeistof bereid volgens het onderstaande bereidingsvoorschrift:ascorbinezuur 100 ga. Geef aan hoe in dit preparaat ascorbinezuur titrimetrisch bepaald kan worden.
natriumedetaat 0,5 g
natriumpyrosulfiet 1 g
natriumbicarbonaat 48 g
water tot 1000 mlb. Geef aan hoe in dit preparaat natriumedetaat bepaald kan worden.
c. Geef aan hoe in dit preparaat natriumbicarbonaat bepaald kan worden.
Bijlage
Hydrocortisone Sodium Succinate
Hydrocortisone Sodium Succinate for Injection (de tekst is op ondergeschikte punten aangepast)
Definition Hydrocortisone Sodium Succinate for Injection is a sterile material prepared from Hydrocortisone Hydrogen Succinate with the aid of a suitable alkali. It may contain excipients. It is supplied in a sealed container.
The contents of the sealed container comply with the requirements for Powders for Injections stated under Parenteral Preparations and with the following requirements.
Content of hydrocortisone, C21H30O5 95.0 to 105.0% of the prescribed or stated amount.
Identification
A. The infrared absorption spectrum, Appendix II A, is concordant with the reference spectrum of hydrocortisone sodium succinate (RS 180).
B. Carry out the method for thin-layer chromatography, Appendix III A, using silica gel GF254 as the coating substance and a mixture of 1 volume of anhydrous formic acid, 10 volumes of absolute ethanol and 150 volumes of dichloromethane as the mobile phase. Apply separately to the plate 5 �l of each of the following solutions in a mixture of 1 volume of methanol and 9 volumes of dichloromethane. Solution (1) contains 0.1% w/v of the contents of the sealed container. Solution (2) contains 0.1% w/v of hydrocortisone hydrogen succinate EPCRS. Solution (3) contains 0.1% w/v each of hydrocortisone hydrogen succinate EPCRS and methylprednisolone hydrogen succinate EPCRS. After removal of the plate, allow it to dry in air and examine in daylight and under ultraviolet light (365 nm). By each method of visualisation the principal spot in the chromatogram obtained with solution (1) is similar in position to the spot in the chromatogram obtained with solution (2). The test is not valid unless the chromatogram obtained with solution (3) shows two spots which may not be completely separated.
Acidity or alkalinity pH of a solution containing the equivalent of 5% w/v of hydrocortisone, 6.5 to 8.0, Appendix V L.
Related substances Carry out the method for liquid chromatography, Appendix III D, using the following solutions. For solution (1) dissolve a sufficient quantity of the contents of the sealed container in a mixture of equal volumes of acetonitrile and water to produce a solution containing the equivalent of 0.25% w/v of hydrocortisone. For solution (2) dilute 2 volumes of solution (1) to 100 volumes with a mixture of equal volumes of acetonitrile and water. For solution (3) dilute a 0.035% w/v solution of hydrocortisone BPCRS in acetonitrile with an equal volume of water. For solution (4) dilute a solution containing 0.04% w/v each of hydrocortisone hydrogen succinate EPCRS and dexamethasone EPCRS in acetonitrile with an equal volume of water.
The chromatographic procedure may be carried out using (a) a stainless steel column (25 cm�4.6 mm) packed with stationary phase C (5 �m) (Lichrosorb RP18 is suitable), (b) a mixture of 330 volumes of acetonitrile, 600 volumes of water and 1 volume of orthophosphoric acid which is allowed to equilibrate and then diluted to 1000 volumes with water as the mobile phase with a flow rate of 1 ml per minute and (c) a detection wavelength of 254 nm.
The test is not valid unless in the chromatogram obtained with solution (4) the resolution factor between the peaks corresponding to dexamethasone and hydrocortisone hydrogen succinate is at least 5.0.
For solution (1) allow the chromatography to proceed for twice the retention time of the principal peak. In the chromatogram obtained with solution (1) the area of any peak corresponding to hydrocortisone is not greater than the area of the peak in the chromatogram obtained with solution (3) (7%) and the area of any other secondary peak is not greater than the area of the peak in the chromatogram obtained with solution (2) (2%).
Uniformity of content The content of hydrocortisone in each of 10 individual containers as determined in the Assay is not less than 92.5% and not more than 107.5% of the content of hydrocortisone stated on the label, except that in one container the weight may be not less than 85.0% and not more than 115.0% of the stated content.
Assay Dissolve the contents of a sealed container in sufficient water to produce a solution containing the equivalent of 0.001% w/v of hydrocortisone. Measure the absorbance of the resulting solution at the maximum at 248 nm, Appendix II B, and calculate the content of C21H30O5 taking 449 as the value of A(1%, 1 cm) at the maximum at 248 nm. Repeat the procedure with a further nine sealed containers and calculate the average content of C21H30O5 per container from the ten individual results thus obtained.
Dextropropoxyphene hydrochloride
A white or almost white, crystalline powder, very soluble in water, freely soluble in alcohol, practically insoluble in ether.Acetylsalicylic acid
C22H29NO2,HCl
MR : 375.9
pKa: 6,3
Specifieke extinctie: 12 (bij 257 nm)
A white, crystalline powder or colourless crystals, slightly soluble in water, freely soluble in alcohol, soluble in ether.Salicylic acid
C9H8O4
MR: 180,2
pKa : 3,5
Specifieke extinctie:
in zuur milieu: 466 (bij 230 nm), 68 (bij 278 nm)
in alkalisch milieu: 409 (bij 231 nm), 190 (bij 298 nm)
C7H6O3Ascorbic acid:
Mr: 138.1pKa = 3.0
Specifieke extinctie:
in zuur milieu: 647 (bij 236 nm), maxima bij 236 en 303 nm
in alkalisch milieu: 259 (bij 298 nm)
A white or almost white, crystalline powder or colourless crystals, becoming discolored on exposure to air and moisture, freely soluble in water, soluble in alcohol, practically insoluble in ether.Natriumedetaat:
C6H8O6
Mr: 176.1pKa = 4,2 en 11,6
Specifieke extinctie: 556 bij 243 nm
C10H14N2Na2O8, 2H2ONatriumpyrosulfiet:
Mr: 372.2
Na2S2O5Natriumbicarbonaat:
Mr: 190.1
NaHCO3
Mr: 84.0
5 april 2001
Staf Farmaceutische Analyse 5e-jaar