Jaarprogramma 2006-2007 | Home
Dinsdag 3 oktober 2006 (in samenwerking met de Minnaert-kring)
prof.dr. H.E. de Swart (Instituut voor Marien en Atmosferisch onderzoek IMAU, UU)
De fysica van getijden, dichtheidsstromingen en sedimenttransport in estuaria
Estuaria vormen de overgangsgebieden tussen river en zee, daar waar zoet en zout water zich met elkaar vermengen. De belangrijkste fysische fenomenen in deze systemen zijn dichtheidsstromingen (vooral door zout-zoet verschillen), getijden en turbulente wervels, die zorgen voor effectieve menging van zout en andere stoffen. De waterbeweging zorgt tevens voor opwerveling en transport van (vaak grote hoeveelheden) sediment. Waarnemingen laten zien dat op specifieke locaties maxima in zwevend stof concentraties ontstaan (zogeheten Estuarine TroebelheidsMaxima, ETM). De lokaties en maximum concentraties worden sterk beinvloed door menselijke activiteiten, zoals bijvoorbeeld verdieping van vaargeulen.
In deze presentatie zullen veldgegevens van zowel het James River estuarium (een zij-rivier van Chesapeake Bay, USA) als van het Eems estuarium (op de Duits-Nederlandse grens) worden besproken. Ze worden achtereenvolgens gekenmerkt door matige, respectievelijk zeer hoge concentraties van zwevend stof. Het Eems veldwerk is onderdeel van een UU-onderzoeksprojekt.
De waarnemingen vormen de bron van inspiratie van twee te bespreken modellen, die de interactie tussen getijden, dichtheidsstromingen en verdeling van fijn sediment beschrijven. Een belangrijk resultaat van het longitudinale model is dat het optreden van ETM sterk wordt bepaald door de dichtheidsstromingen, getijkarakteristieken en de mate van menging in het estuarium. Het model laat ook zien dat stromingen t.g.v. horizontale variaties in zwevend stof een grote invloed hebben op de eigenschappen van het ETM. Tot slot zal een lateraal model worden besproken, waarmee de fysische processen kunnen worden geidentificeerd die de verdeling van stroomsnelheden en zwevend stof concentraties in een dwarssectie bepalen. Ondanks de relatieve eenvoud van de modellen blijken de resultaten in overeenstemming met de veldgegevens.
Links:
Terug naar het Jaarprogramma | Home