Uitwerkingen toets Grondstoffenonderzoek 08 augustus 2000

IDENTIFICATION

1. Vanwege de aanwezigheid van een optisch actief centrum zijn er twee enantiomere vormen. Tryptofaan is gedefinieerd als één van deze twee vormen, dus de identiteit staat pas vast als de aanwezigheid van de juiste vorm bekend is. Dit kan alleen aan de hand van de specifieke optische rotatie.
2. Aan de weergave van de structuurformule te zien is er bij acetyltryptofaan sprake van een racemisch mengsel. De beide enantiomeren zullen elkaars optische rotatie opheffen.

TESTS

1.1'-Ethylidenebistryptophan and other related substances.

3. Er vindt scheiding op grootte van het molecuul plaats,. Tryptofaan zal dus als eerste van de kolom komen, vervolgens N-acetyltryptofaan en als laatste 1,1'-ethylideenbistryptofaan.
4. In test B zit 100 mg stof in 10 ml. De eis is maximaal 0,5 maal referentie E. E is 1 ml C in 10. C is10 ml A in 50 en A is 1 mg in 10,0 ml. Dus concentratie E is 1mg/10ml maal 10/50 maal 1/100 is 1/500mg/10ml. Dit is 2 �g/10 ml. De eis is 0,5 maal 2 �g/10 ml is 1�g/10 ml. Concentratie test B is 100.000 �g/10 ml en concentratie referentie E is 1 �g/10 ml. In totaal is dit 1/100.000, dus er had �10 ppm�, moeten staan.

Chlorides.

5. Ag⁺ + Cl^- --> AgCl (s)
6. Salpeterzuur wordt toegevoegd om de reactie selectiever te maken: in zuur milieu slaan slechts de halogeniden en het thiocyanaat van zilver neer.
7. De test moet beoordeeld worden met platbodembuizen zijdelings tegen een zwarte achtergrond.

Iron.

8. Dit is een test op zowel Fe²⁺ als op Fe³⁺. Fe³⁺ wordt eerst gereduceerd tot Fe²⁺ waarna het Fe²⁺ een complex kan vormen met het thioglycolzuur.
9. Er wordt in ammoniakaal milieu gewerkt en in dit milieu slaan veel metaalhydroxiden neer. Om dit te voorkomen wordt citroenzuur toegevoegd.

Heavy metals.

10. CH₃(NH₂)C=S + 3 OH^- --> CH₃COO^- + NH₃ + S^2- + H₂O

Pb²⁺ + S^2- --> PbS (s) , andere metalen geven een gelijksoortige reactie.

11. Bij een sterke verontreiniging van de grondstof met zware metalen kan er zoveel aan zware metalen aan de standaardoplossing toegevoegd worden dat er geen verschil meer is waar te nemen tussen de standaard en de te onderzoeken oplossing. (1/6 wordt toegevoegd aan de standaard om een vergelijkbaar ionen-milieu te verkrijgen. Bij een sterke verontreiniging zal ook de blanco gekleurd zijn en de standaard niet van de blanco afwijken. De toevoeging van 1/6 van de te onderzoeken oplossing aan de standaardoplossing dient ook om de mogelijke aanwezigheid van een complexvormend bestanddeel in de te onderzoeken grondstof uit te sluiten. Door een complexvormer zouden de aan te tonen zware metalen aan de reactie kunnen worden onttrokken (zowel te onderzoeken oplossing als standaardoplossing zijn kleurloos).

ASSAY

12. 0.150 g � 10%, dus tussen 0.135 g en 0.165 g.
13. Een balans met vier decimalen
14. De methode moet gevalideerd zijn en dezelfde resultaten opleveren als de methode in de monografie, en: de bevoegde autoriteiten moeten toestemming gegeven hebben.

ANALYSERAPPORT

15. 
    A. voldoet. -33,04� wordt afgerond -33,0

    B. voldoet

    Uiterlijk: voldoet

    Specifieke optische rotatie: Zie A.

    Ninhydrine-positieve verbindingen: Voldoet. Dat testoplossing (b) en referentie-oplossing (a) niet zijn opgebracht is geen probleem want deze dienen uitsluitend om de identiteit vast te stellen; deze was al sluitend aangetoond.

    1,1'-ethylidenebistryptofaan: test niet geldig want de resolutie bedraagt 7,2 en deze moet minstens 8 zijn. Overdoen dus.

    Chlorides: Voldoet

    Sulfaten: Voldoet

    Ammonium: Voldoet

    IJzer: voldoet

    Zware metalen: test niet geldig want de blanco is net zo bruin gekleurd als de standaard; overdoen dus.

    Sulfaatas: voldoet

    Droogverlies: test niet geldig. Hier zijn twee dingen niet goed gegaan. Ten eerste is voor het inwegen niet tot constant gewicht gewogen. Ten tweede is hier een weegflesje van meer dan 60 g gebruikt en de analytische balans geeft bij gewichten van meer dan 60 g maar drie decimalen weer. Zo kan er geen constant gewicht bewezen worden. Overdoen dus.

    Gehalte: Ook het gehalte moet opnieuw uitgevoerd worden. Het gemiddelde 100,9% valt nog binnen de grens maar er moet toch opgemerkt worden dat één duplowaarde buiten de grens valt. Tevens is er op een verkeerde manier voor de temperatuur gecorrigeerd. De temperatuur moet in de buretbuis gemeten worden en niet in het titreervaatje.

16. Er is geen reden om de grondstof af te keuren maar deze mag zeer zeker ook niet goedgekeurd worden want een aantal testen zijn niet valide uitgevoerd. Herkeuring moet plaats vinden op het punt van 1,1'-ethylidenebistryptofaan, van zware metalen, van droogverlies en van gehalte.

Aan deze uitwerkingen kunnen geen rechten worden ontleend

07 augustus 2000
Staf Farmaceutische Analyse 5e-jaar